Het is zo stil dat ik het ruisen van de flinterdunne stof kan horen; een kalmerende klank, zoals onze vingertoppen die over de beige muur naast je bed strijken. Gelige vlekken liet dat na verloop van tijd achter, vettig en in woeste strepen. Een werk van zweet, speeksel en sperma, waarop bij elke wip een nieuwe laag werd aangebracht. Ik loop naar je kledingkast en sla de krakende plank over, want ik wil niet dat je wakker wordt. Hout, overal is donker hout en alles piept en kraakt. “Omdat het ademt en leeft en uitzet als het heet wordt, net zoals jouw lekkere boomstam.” God, wat zal ik die vunzige uitspraken van je missen, en dat puntige tongetje dat je uitsteekt terwijl je er nog even zelfgenoegzaam om grinnikt. Maar mijn tijd in Amsterdam is op en ons spel is uit, ik moet terug naar waar ik hoor en naar bij wie ik niet hoor.
Kreunend hout, neuriënde gordijnen. Ik trek een paar overhemden uit de kast en stop even omdat ik je hoor zuchten; je draait je smakkend om en stoot je elleboog tegen de muur. Een laatste penseelstreek op ons levenswerk. Je bent zo mooi als je slaapt. De wind die nog steeds af en toe door de kamer trekt bespeelt je blonde haren, het troebele raam filtert het oranje licht van de laagstaande zon en spreidt het over je naakte lichaam uit. Ik loop naar je toe en trek een lijntje van je navel tot aan je rossige schaamhaar. Je ademt zwaar en achter je oogleden zie ik de bollen driftig heen en weer schieten. Hopelijk droom je dat ik al weg ben, dat scheelt een afscheid. Ik prop een laatste kledingstuk in mijn tas, druk een kus op je bezwete voorhoofd en vertrek.
Comments
- 2 juli
- Hide replies (1)
1- 2 juli
0- 2 juli
1