Het is het rapen van noten en kastanjes,
Tussen bladeren woelen met voeten,
Het voelen van ijskoude neuzen,
De stapjes tellen en springen
Over sloten en snottebellen vegen.
De tijd staat stilletjes stil op de velden,
De koude dampt om mijn woorden,
De aarde stampt even hard terug
Als de schoenen met de hele dikke zolen,
Het sporen aan de zachtere kant van de lanen.
Het trekken en gedwee getrokken zijn,
De leiband die aan beide kanten bindt,
Verbinding tussen dier en mens, op zoek
Naar de warmte in de koele dagen,
Het is de natte neus die mijn handen vindt.
Het is het willen tussen wind en winter lopen,
Witte vingers krijgen en stijve tenen trappen,
Tot het zindert, steekt en weer weg gaat,
Net zoals de verse rijm op de daken,
Net zoals de kilte soms in mijn hart.
© Rudi J.P. Lejaeghere
Comments
- 13 nov
0- 9 nov
0- 7 nov
0- 7 nov
- Hide replies (1)
1- 7 nov
0- 5 nov
- Hide replies (1)
1- 6 nov
0