“Ik zweer het je op het kruis dat ik draag en vertegenwoordig, ik ben een willoos instrument geweest van een bewoner van de hel. Een demon zoals men dat in de geschriften noemt. Ik weet hoe het klinkt, maar ik zou niemand kwaad doen. Jullie kennen mij toch.”
Pastoor Dirk probeerde de politiecommandant en zijn assistent te overtuigen van zijn gelijk. Blijkbaar had hij niet veel succes. Zijn woorden legden verbaasde blikken over de gezichten van de wetsdienaars. Zoiets maakten ze alleen maar mee met gestoorde mensen. Die dachten de meest vreemde zaken. Ze waren een incarnatie van Napoleon of een andere bekendheid maar ze zaten allemaal in het psychiatrisch centrum van Groothoop, waar ze niemand kwaad konden berokkenen.
Er klopte iemand aan de deur van de verhoorruimte en een politieman kwam even binnen met een boodschap die hij in het oor van politiecommandant Georges Hartgerinck fluisterde.
“Wil je het verhoor overnemen, Maarten, er is een bezoeker die ik te woord moet staan.”
De commandant spoedde zich naar de onthaalruimte waar dokter Jonas Laetens aan het wachten was. De man had een belangrijke rol gespeeld in het verzamelen van bewijzen tegen hun verdachte. Hij kon de man moeilijk laten wachten. “Dag Jonas, heb je de pilletjes al kunnen analyseren?” viel hij met de deur in huis.
“Hm, we hebben een probleem, Georges.” Ze kenden elkaar goed en spraken elkaar met hun roepnaam aan.
“Hoe bedoel je, zijn het geen drugs… wat zat er juist in?”
Dokter Joas Laetens wreef even met zijn hand over zijn kin in een vertwijfelend gebaar. “De enige stof die de laborant herkende in de pilletjes was de suiker en… ondertussen zijn alle pillen opgelost, pff…gewoon opgegaan in lucht!”
Commandant Hartgerinck keek even met een ernstige blik naar de dokter. Hij vreesde een moment dat de dokter plots een vreemd gevoel voor humor had, maar hij zag direct dat de man niet aan het grappen was.
“Dus,… de bewijzen zijn verdwenen als ik het goed begrijp?” Hij keek nog even naar de dokter die enkel maar bevestigend kon knikken. “Dat is inderdaad een groot probleem. Zonder die pillen, heb ik geen bewijzen tegen de pastoor en uiteindelijk is niemand onwel geworden omdat we vlug hebben ingegrepen. Je begrijpt wat dit wil zeggen?” De commandant keek met een vragende blik naar de dokter. Hij wou het uit de mond van een derde horen, want hij kon het moeilijk geloven.
“Ja, Georges. Als er geen bewijzen zijn van een crimineel feit moet je Pastoor Dirk vrijlaten. Hoeveel uur mag je een verdachte vasthouden voor onderzoek zonder bewijzen? Was het geen twaalf uur?”
Georges Hartgerinck zuchtte. “Neen, iets meer, achttien uur, maar de onderzoeksrechter kan dit verlengen. Maar zonder bewijzen, denk ik niet dat dit het geval zal zijn.” Hij mompelde nog het een en ander binnensmonds dat in de verte leek op een krachtterm.
©Rudi J.P. Lejaeghere
06/10/21
Comments
- 12 okt
- Hide replies (1)
1- 17 okt
0- 12 okt
- Hide replies (1)
1- 17 okt
0- 12 okt
- Hide replies (1)
1- 12 okt
0- 11 okt
- Hide replies (1)
2- 12 okt
0- 11 okt
- Hide replies (1)
2- 12 okt
0