Een mengelmoes van culturen
Transsylvanië is tegenwoordig een provincie van Roemenië die omsloten wordt door het Karpaten gebergte. Tot 1918 behoorde Transsylvanië tot het Oostenrijks-Hongaarse rijk. Er wonen dan ook nog heel veel Hongaars sprekenden in dit deel van het land. Tot de tweede wereldoorlog waren er grote delen van Transsylvanië waar overwegend Duits gesproken werd. De Duitssprekenden in Transsylvanië worden Saksen genoemd. Het zijn afstammelingen van middeleeuwse migranten uit de Lage Landen, Noord-Frankrijk en het westen van Duitsland. Zij drukten eeuwenlang hun stempel op de economie en de cultuur van de regio.
Wanneer je Transsylvanië bezoekt duik je in een mix van culturen, natuurgebieden en interessante geschiedenis.Transsylvanië is een heel gevarieerde regio. Naast een rijke geschiedenis is de streek ook rijk aan mythen en mysterieuze middeleeuwse plekken. Zo zijn er ongeveer honderd middeleeuwse kastelen en forten en ongeveer zeventig vestingskerken. De grootste en best bewaarde kastelen en forten van Roemenië zijn hier te vinden.
Omdat Transsylvanië wordt omringd door de Karpaten zijn er veel bergbossen en wandel- of klimmogelijkheden. Overal in de Karpaten zijn er grote nationale parken. Het centrum van Transsylvanië bestaat uit groene heuvels en rivieren. De infrastructuur is over het algemeen goed, wat het voor reizigers makkelijk maakt.

Afbeelding via Pixabay
Eeuwenoude vestingkerken
De Saksen werden door de Hongaarse koning Géza in de twaalfde en dertiende eeuw uitgenodigd om de regio te komen versterken tegen aanvallen van buitenaf. Zij bouwden hun nederzettingen daarom rond een weer- of vestingkerk. Veel van deze kerken staan er nog steeds. Verschillende ervan staan zelfs op de Unesco Werelderfgoedlijst. Het bekendste en meest schilderachtige dorpje met weerkerk is Viscri, waar de tijd werkelijk lijkt te hebben stilgestaan. Hier rijden paard en wagen nog over de onverharde wegen door en rond het dorp. Je treft er nog volop ambachten aan, zoals een smederij en een ouderwetse bakkerij. Zelfs dakpannen worden er nog met de hand gemaakt van klei. In de weerkerk van het dorp is tegenwoordig een museum gevestigd en de beklimming van de klokkentoren is hier zeker de moeite waard. Als je de kans hebt moet je een nachtje in dit dorp doorbrengen, om er optimaal van te genieten. Je vindt Viscri tussen Brasov en Sighisoara.

Afbeelding via Pinterest
Transfagarasan snelweg
In Transsylvanië bevindt zich ook één van de mooiste bergwegen van heel Europa, de Transfagarasan snelweg. Het woord snelweg is hier een beetje misleidend, want sneller dan zo’n 30 kilometer per uur kun je er niet rijden. En dat is maar goed ook, want de natuur is hier verbazingwekkend mooi. De kronkelige bergweg leidt je langs steeds hogere uitzichtpunten, tot je bij het Balea meer komt. Stop hier voor een prachtige wandeling. Nog verder zuidwaarts langs de Transfagarasan passeer je dichte bossen en rijd je langs een groot stuwmeer. In deze omgeving komen grote aantallen wilde bruine beren voor. De kans om er hier eentje in het wild te zien is vrij groot.

Afbeelding via Pinterest
Veel meer natuur
Op veel andere plekken in Transsylvanië kom je meer van dit soort prachtige natuur tegen. Het nationaal Park Piatra Craiului, ten zuidwesten van Brasov, is de perfecte plek om te wandelen. Of loop bijvoorbeeld van het dorpje Magura naar Pestera, met uitzicht op glooiende heuvels vol met kunstig gestapelde hooistapels. Met de verspreid liggende typische schilderachtige houten huisjes van de regio. Of bewonder onderweg een klooster van binnen met kleurrijke fresco’s. Je kunt de bewoonde wereld nog wat verder achter je laten en door de Zarnesti kloof naar nog hoger gelegen gebied lopen. Een ander natuurgebied in de omgeving van Brasov is Bucegi, ook een absolute highlight. Hier is de natuur nog wat ruiger en kun je met een kabelbaan het eerste stuk omhoog. Om daarna te beginnen aan een lange wandeltocht over een hoogvlakte. Het grootste deel van het jaar ligt hier sneeuw en vaak zie je herders rond trekken met grote groepen vee.

Afbeelding via Pixabay
Parel van Transsylvanië
Hoewel er meer mooie stadjes zijn in de regio, is Sighisoara de echte parel van Transsylvanië. Het is geen grote stad, maar desondanks kun je er heel wat uurtjes doorbrengen, omdat het ene hoekje nog schilderachtiger is dan het andere. Het oude centrum is een aaneenschakeling van straatjes met kinderkopjes en kleurige huizen, die vrijwel allemaal op de monumentenlijst staan. De middeleeuwse torens en restanten van de oude stadsmuren maken het pittoreske plaatje compleet. De klokkentoren met z’n krakende vloeren is de moeite van een beklimming waard. Het uitzicht over Sighisoara vanaf de top is adembenemend.

Afbeelding door het Zoete Hongaarse Leven
Het Dracula kasteel
Een wandeling in het Bucegi Nationaal Park kun je prima combineren met een bezoek aan één van de mooiste kastelen van Transsylvanië: het Peles kasteel in Sinaia. Dit prachtige kasteel deed dienst als zomerresidentie van de Koninklijke familie en heeft een compleet andere stijl dan de andere kastelen in de regio. Alleen daarom al een goede reden voor een bezoek. Niet ver hier vandaan zijn er nog twee andere kastelen die een bezoek waard zijn. Het kasteel van Rasnov en uiteraard het Dracula kasteel in Bran. Die laatste is echt prachtig van binnen, maar ga zo vroeg mogelijk op de dag, want het kan er flink druk worden. Een beetje uit de richting maar zeker de moeite waard is het sprookjesachtige kasteel in Hunedoara. Die torentjes, de lange loopbrug en de groene, heuvelachtige omgeving. Alles lijkt gewoon te kloppen hier en je verwacht elk moment een sprookjesprins of frêle jonkvrouw de hoek om te zien komen.

Afbeelding via Pixabay
Comments
- 28 juli
1- 23 juli
- Hide replies (1)
1- 23 juli
0- 22 juli
- Hide replies (1)
1- 22 juli
0- 22 juli
- Hide replies (1)
1- 22 juli
0- 22 juli
- Hide replies (1)
1- 22 juli
0